Seinen
Communicatie met je partner is een essentieel onderdeel van het klaverjassen. Deze communicatie wordt seinen genoemd. Er zijn manieren om te laten weten in welke kleuren je goede en slechte kaarten hebt. In het Amsterdamse Klaverjas is het niet verplicht in te troeven wanneer je geen kleur meer kan bekennen. Door een lage kaart van een andere kleur te spelen laat je weten dat je in deze kleur sterk staat. Aan de andere kant betekent het spelen van een 10, Heer, Vrouw of Boer dat je geen andere goede kaarten hebt in deze kleur. Let hierbij wel op de kans dat de speler links naast u de slag niet weg kaapt en zo jouw punten pakt. Ook is het belangrijk dat wanneer er een kleur voor het oprapen ligt je met de hoogst mogelijke kaart, vaak de Aas, begint.
Kleintje boer is een afspraak tussen twee teamgenoten. Wanneer er in de eerste slag geen troefkleur wordt gespeeld, zorgt een van de twee ervoor dat hij met een kleine troefkaart (9, 8 of 7) uitkomt. Op deze manier maakt de speler kenbaar dat hij of zij de boer heeft. Wanneer je medespeler dan een beurt mag beginnen kan hij of zij een roem gevoelige kaart oftewel bonuspunten oplevert opleggen. Ook kan er op deze manier kenbaar worden gemaakt dat je teamgenoot de kale nel, 9 in de troefkleur, heeft. Je teamgenoot antwoort dan door zijn beurt te beginnen met een lage kaart van een niet troefkleur. Zo kan zowel de boer als de kale nel gebruikt worden om gegarandeerd 2 slagen te winnen. Let er wel op dat je teamgenoot zich ook bewust is van deze ongeschreven regels, anders heeft het seinen namelijk geen zin.